Tekst: Aris (Arjiris) Angelou*
Het is indrukwekkend hoeveel woorden er in de Nederlandse taal zijn die een Griekse oorsprong hebben.
Laat ik maar enkele voorbeelden noemen:
Akoestiek, acrobaat, allergie, anarchie, anorexia, antibiotica, antipathie, autistisch, bacteriebiologie, bronchitis, genetica, gigantisch, dermatoloog, dioxine, dynamiek, encyclopedie, helikopter, epidemie, heroïne, theocratie, thermometer, thermostaat, idealistisch, ideologie, katholiek, kathedraal, klimaat, cilinder, magneet, meteoriet, microbioloog, mystiek, neolithisch, neuroloog, nostalgie, nymfomaan, homeopathisch, organisme, orthodontist, orthopeed, horizontaal, orchidee, panoramisch, parallel, paranoia, patrioot, pentagoon, reumatiek,sceptisch, sperma, telepathie, telefoon, traumatisch, typografie, hysterisch, fantasie, psychologie.
De Griekse taal hoort wel bij de grote familie van de Indo-Europese talen maar niet bij een specifieke taalgroep. Het is geen Latijnse taal (Frans, Italiaans, Spaans...), geen Germaanse taal (Duits, Engels, Nederlands, de Scandinavische talen op het Fins na), geen Slavische taal (Russisch, Bulgaars, Servisch, Pools...). Net zoals het Albanees of het Armeens staat het Grieks helemaal los van de andere Indo-Europese taalgroepen.
“In het Oude Griekenland werden er vele dialecten gesproken, de Athener sprak dus niet exact hetzelfde Grieks als de Spartaan, de Korinthiër, de Kretenzer, de Macedoniër„
In eerste instantie werden er in het Oude Griekenland vele dialecten gesproken (Ionisch, Aeolisch, Dorisch...) net zoals het Nederlands nog steeds veel dialecten kent. De Athener sprak dus niet exact hetzelfde Grieks als de Spartaan, de Korinthiër, de Kretenzer, de Macedoniër etc. Wat men klassiek Grieks noemt is het zogenaamde ionisch-attisch Grieks dat voornamelijk in de oude stadstaat Athene, haar bondgenoten en haar kolonies in de 5de en 4de eeuw v.Chr. werd gesproken. Athene was in die tijd de stad van de democratie, de stad van de grote filosofen en van de beroemde toneelschrijvers.